PS or PC - 2Version en ligne Present Simple or Present Continuous? In de onderstaande oefening moet de Present Simple of de Present Continuous ingevuld worden. par Mieke Janssens 1 You can’t see Tom now, he is .... (to have) a bath now. Written answer 2 Every morning Mr Carter ….. (to change) trains at Red Hill Station. Written answer 3 He never ….. (to remember) to pay me back. Written answer 4 Hello Peter. I think you ... (to wait) for the bus, aren't you? Written answer 5 You can’t go in now, the manager ….. (to talk) to his secretary. Written answer 6 Rosa ….. (to sell) dresses, skirts and trousers in her shop. Written answer 7 She usually ….. (to make) all her own clothes. Written answer 8 You can make the tea now, the water ….. (to boil). Written answer Feedback 1 Er staat NOW in de zin. Dat geeft aan dat het NU gebeurt, dus moet je de Present Continuous gebruiken. 2 Het gebeurt elke dag, het is een gewoonte. Dan gebruik je de present simple. (3e persoon enkelvoud = stam +s) 3 NEVER wil zeggen dat het een gewoonte is. Je gebruikt dus de Present Simple 4 Hij wacht NU op de bus, dus gebruik je de Present Continuous 5 Er staat NOW in de zin. Dat geeft aan dat het NU gebeurt, dus moet je de Present Continuous gebruiken. 6 Rosa verkoopt deze kledingstukken ALTIJD. Je gebruikt dus de Present Simple 7 USUALLY geeft aan dat het een gewoonte is, dus moet je de Present Simple gebruiken 8 Er staat NOW in de zin. Dat geeft aan dat het NU gebeurt, dus moet je de Present Continuous gebruiken.
Créer jeu