Créer une activité
Jouer Mots Croisés
1 (verwachten) Wij ................ gisteren al antwoord.
2 (planten) De tuinlieden ....... nieuwe bomen in het park.
3 (vergissen) ............. jij je in de weg naar huis?
4 (schrobben) De bakker .......... de bakkerij proper.
5 (stappen) De meisjes ........... er lustig op los.
6 (fietsen) Mijn moeder ...... elke dag 20 kilometer.
7 (werken) Mijn oom ............... altijd tot zes uur.
8 (heten) Hoe .......... je vriend ook al weer?
9 (merken) Ik ................ dat pas veel later.
10 (noemen) De juf ......... de namen van de leerlingen.
11 (landen) Het sportvliegtuigje ........... netjes op de grond.
12 (lukken) Het ......... lukt mij niet de auto op gang te krijgen.
4
9
7
8
5
12
2
1
6
3
11
10