Créer une activité
Ico create Educaplay Créer une activité
Toutes les activités
Jouer Test
1. 
Welke beweringen zijn correct?
A.
RAM geheugen is een direct toegankelijk.
B.
RAM geheugen is een vluchtig.
C.
RAM geheugen is permanent.
D.
RAM geheugen zit in de processor.
2. 
De hoeveelheid RAM-geheugen van een laptop in (2023) bedraagt ongeveer:
A.
8 MB
B.
16 GB
C.
32 TB
D.
1000 GB
3. 
Wat is het virtueel geheugen?
A.
Dit is het ongebruikte RAM-geheugen.
B.
Dit is een opslagplaats in de cloud.
C.
Dit is een stuk van de harde schijf dat gebruikt wordt als het RAM geheugen vol zit.
D.
Dit is het geheugen dat gebruikt wordt door het besturingssysteem.
4. 
Wat gebeurt er als je nog maar 1 GB beschikbaar hebt op je harde schijf?
A.
Je computer wordt heel traag.
B.
Als je een groter bestand opslaat, dan wordt het oudste bestand automatisch gewist.
C.
De computer start niet meer op.
D.
Je kan bestanden opslaan in het RAM geheugen.
5. 
Welke type RAM geheugen bestaat niet?
A.
DDR3
B.
DDR3L
C.
DDR4
D.
DDR5
6. 
Welke van onderstaande specificaties is niet mogelijk voor RAM geheugen?
A.
4 GB
B.
DDR3 DIMM (1 x 4 GB)
C.
1333 MHz
D.
15 V
7. 
Welke van onderstaande specificaties is niet mogelijk voor RAM geheugen?
A.
16 GB
B.
DDR3 DIMM (2 x 8 GB)
C.
1600 GHz
D.
1,5 V
8. 
Welke van onderstaande specificaties is niet mogelijk voor RAM geheugen?
A.
16 TB
B.
DDR4 DIMM
C.
3000 MHz
D.
1,2 V