Relier Pairs Spreekwoorden met bos en bomenVersion en ligne Verbind de spreekwoorden met de juiste betekenis. par Veerle Kamoen 1 Van geen hout pijlen weten maken. 2 De kat uit de boom kijken. 3 Een boompje over iets opzetten. 4 De appel valt niet ver van de boom. 5 Iemand het bos insuren. 6 Hout naar het bos dragen. 7 Hout vasthouden. 8 Op eigen houtje. 9 Hoge bomen vangen veel wind. 10 Uit het goede hout gesneden zijn. 11 Een boom van een vent. 12 Oude bomen moet je niet verplanten. 13 Hij kan de boom in. 14 Door het bos de bomen niet meer zien. Tegenslag afwenden. Iemand afschepen. Mensen in hoge posities hebben veel verantwoordelijkheden en krijgen veel kritiek. Een afwachtende houding aannemen. Door teveel details het overzicht verliezen. Kinderen lijken meestal op hun ouders. Een lang verhaal doen. Niet weten hoe je aan iets moet beginnen. De juiste kwaliteit hebben. Op eigen initiatief. Overbodig werk doen. Oude mensen moet je niet laten verhuizen. Een forse, gespierde man. Iemand niet helpen, iemand afwijzen.