Het hart - oefening 2Version en ligne Oefening twee rond het hart par Judith Van Winckel 1 Hoeveel holtes zijn er in het hart? a Eén b Twee c Drie d Vier 2 Welke zin is correct? a De kamers liggen onder de boezems. b De boezems liggen onder de kamers. c De linkerboezem en rechterboezem liggen onder elkaar. d De linkerkamer ligt boven de rechterboezem. 3 Door welke ader loopt het zuurstofrijke bloed van je hart naar de rest van je lichaam? a Kransslagader b Aorta c Longslagader 4 Hoeveel keer slaat het hart gemiddeld per minuut in rust? a 30 tot 40 keer b 60 tot 70 keer c 50 tot 60 keer d 70 tot 80 keer 5 Hoeveel keer slaat het hart gemiddeld per minuut wanneer je sport? a 100 tot 120 keer b 120 tot 140 keer c 160 tot 180 keer d 180 tot 190 keer 6 Waarom is de linkerkamerwand dikker dan de rechterkamerwand? a Omdat het meer kracht vraagt om het zuurstofrijke bloed door de aorta te stuwen. b Omdat de linkerkant van het lichaam steeds meer ontwikkeld is. c Omdat het bloed daar toekomt.