1
.
Mijn
grootvader
zal
nooit
ofte
____________________
een
iPad
gebruiken
.
2
.
Zij
hebben
altijd
discussies
,
het
is
haat
en
____________________
tussen
die
twee
buurjongens
.
3
.
De
stoelen
staan
schots
en
____________________
achter
de
tafels
.
4
.
Zij
zijn
altijd
op
tijd
.
Ze
komen
vast
en
____________________
met
de
auto
.
5
.
Helaas
,
het
is
afgelopen
,
het
is
over
en
____________________
.
6
.
Die
zakenman
is
enkel
en
____________________
aangenomen
om
veel
geld
te
verdienen
.
7
.
Zij
is
mijn
beste
vriendin
:
juist
in
moeilijke
tijden
is
zij
mijn
steun
en
____________________
.
8
.
Gekken
en
____________________
schrijven
hun
naam
op
deuren
en
glazen
.
9
.
Zij
heeft
echt
veel
pech
gehad
de
afgelopen
tijd
.
Het
is
voor
haar
enkel
kommer
en
____________________
.
10
.
Ik
heb
het
maar
net
kunnen
halen
,
het
is
voor
mij
jachten
en
____________________
geweest
.