Van
Daantje
en
het
kraantje
Dit
is
dan
de
geschiedenis
,
Die
eigenlijk
wel
treurig
____________________
,
Van
Daantje
En
het
____________________
.
Twee
keer
per
dag
zei
moeder
:
Daan
,
kom
nooit
aan
deze
grote
____________________
.
Maar
Daan
was
een
ondeugend
joch
en
deed
het
____________________
.
Hij
draaide
aan
de
kraan
van
?
t
bad
dat
ging
zo
leuk
van
spet
en
____________________
,
en
Daantjes
blauwe
bloes
werd
nat
maar
Daantje
dacht
:
Wat
hindert
____________________
.
Hij
draaide
?
t
kraantje
verder
open
,
het
kraantje
ging
nog
harder
____________________
,
het
water
steeg
en
even
later
toen
was
?
t
bad
al
vol
met
____________________
,
het
water
liep
er
overheen
,
en
Daantje
stond
daar
,
heel
____________________
en
wist
niet
hoe
het
verder
moest
.
Het
water
bruiste
wild
en
____________________
,
het
water
stroomde
op
de
grond
wat
Daantje
niet
zo
leuk
meer
____________________
.
Het
water
kwam
zo
hoog
,
zo
hoog
,
er
bleef
geen
enkel
plekje
____________________
,
het
stroomde
over
trap
en
gang
en
Daantje
werd
zo
vreeslijk
____________________
.
Hij
schreeuwde
luid
van
ach
en
wee
,
nu
werd
het
werkelijk
een
____________________
,
met
golven
en
met
veel
gedruis
,
en
Daantje
was
alleen
in
____________________
.
En
niemand
,
niemand
kon
hem
horen
,
het
water
stond
al
tot
zijn
____________________
,
waar
moest
die
arme
Daan
blijven
?
De
hele
boel
ging
aan
het
____________________
,
de
tafels
en
de
hele
boel
ging
dobberen
.
Kijk
,
daar
dreef
een
____________________
en
door
de
gang
dreef
een
buffet
en
daar
een
klok
en
daar
een
____________________
,
en
eindelijk
ging
kleine
Daan
maar
boven
op
die
hangklok
____________________
.
Die
dreef
het
raam
uit
en
toen
schuin
over
de
golven
in
de
____________________
,
daar
was
het
water
al
gekomen
tot
aan
het
topje
van
de
____________________
.
Daar
dreef
het
grote
kippenhok
.
De
kippen
riepen
angstig
:
____________________
!
Een
pauw
,
die
op
de
schutting
zat
,
was
ook
niet
happig
op
een
____________________
en
kwam
bij
Daantje
op
de
klok
.
De
kippen
vlogen
uit
het
____________________
en
kwamen
ook
bij
Daantje
schuilen
.
De
hond
van
buurman
was
aan
?
t
____________________
en
ging
ook
op
de
hangklok
staan
en
eindelijk
kwam
ook
de
____________________
en
nog
een
heleboel
konijntjes
twee
grote
en
nog
dertien
____________________
,
en
ook
tenslotte
nog
een
kater
die
heel
erg
bang
was
van
het
____________________
.
De
klok
dreef
op
de
oceaan
met
al
die
beesten
en
met
____________________
.
Ze
kwamen
eind'lijk
in
een
baai
daar
zwom
een
boze
reuzenhaai
.
Hij
keek
heel
woest
,
hij
keek
heel
vuil
en
sperde
wijd
zijn
haaienmuil
,
en
slokte
toen
de
hele
klok
naar
binnen
in
een
wipje
,
____________________
!
En
Daantje
met
zijn
witte
kraag
zat
in
die
vieze
haaienmaag
waar
het
naar
zure
haring
rook
,
dat
vonden
alle
beesten
____________________
.
Maar
ja
,
wat
was
er
aan
te
doen
,
je
kon
niet
weg
met
goed
fatsoen
.
Gelukkig
voor
die
arme
Daan
is
alles
nog
heel
goed
____________________
.
De
haai
,
dat
is
echt
haaierig
,
werd
van
die
beesten
draaierig
,
en
na
een
uurtje
spoog
hij
al
zijn
passagiers
weer
op
de
wal
.
En
dát
was
nu
zo
grappig
,
zeg
,
ze
stonden
midden
op
de
____________________
,
de
weg
naar
huis
.
Daar
stond
de
kerk
en
Moeder
was
gewoon
aan
?
t
____________________
.
Ze
had
het
kraantje
dichtgedaan
en
riep
al
urenlang
om
____________________
.
De
kippen
gingen
in
hun
hok
en
Vader
draaide
aan
de
____________________
,
en
Moeder
zei
weer
:
Lieve
Daan
draai
nooit
meer
aan
die
grote
____________________
.