1
Ik zie eruit zoals een appelsien, maar kleiner.
2
Vele kindjes lusten dit niet. Ik ben een kleine groene groente.
3
Ik ben een echte waterrat. Mijn hobby is..?
4
Ik hoor thuis bij het fruit en ik ben geel. In tekenfilmpjes vallen sommige mensen over mij
5
Ik ben een gedroogde druif.
6
Ze zeggen dat je hiervan minstens 1,5 liter per dag moet drinken.
7
Mensen smeren mij op hun boterham, zo blijft de hagelslag liggen.
8
Als je mij in de zomer niet snel op eet, dan smelt ik.
9
Ik heb geen longen, maar ik adem op een andere manier.