1
.
Je
kijkt
via
een
prisma
naar
een
____________________
(
via
een
spiegel
)
van
het
reële
beeld
op
een
matglas
,
waardoor
je
o
.
a
.
de
scherpstelling
goed
kan
zien
.
Bij
het
fotograferen
klapt
de
____________________
op
.
Bij
een
reflexcamera
kan
je
de
lenzen
wisselen
.
De
reflex
heeft
nog
meer
mogelijkheden
.
2
.
De
belichtingstijd
of
____________________
is
de
tijdslimiet
die
beschrijft
hoelang
een
beeld
wordt
blootgesteld
aan
een
bepaalde
hoeveelheid
licht
.
3
.
Het
____________________
is
een
opening
in
de
lichtbaan
van
een
lens
die
een
bepaalde
hoeveelheid
licht
door
kan
laten
of
tegenhouden
.
4
.
Veel
fototoestellen
hebben
een
manuele
diafragma
waardoor
de
hoeveelheid
invallend
____________________
kan
worden
veranderd
.
5
.
De
gevoeligheid
wordt
meestal
uitgedrukt
in
____________________
.
Dit
berust
op
de
hoeveelheid
licht
die
nodig
is
om
de
zwakste
weergave
van
licht
te
kunnen
doen
ontstaan
.
6
.
Het
is
van
belang
te
weten
dat
ook
in
de
digitale
sensor
de
korrel
in
de
vorm
van
____________________
toeneemt
wanneer
men
een
grotere
gevoeligheid
kiest
.
