Créer une activité
Ico create Educaplay Créer une activité
Toutes les activités
Jouer Test
1. 
Wat betekent bijziend?
A.
Ik zie goed veraf maar slecht kortbij.
B.
Ik zie goed kortbij maar slecht veraf.
C.
Ik zie zowel goed veraf als kortbij.
2. 
Wat voor glazen draag je als je verziend bent?
A.
Ik draag bolle negatieve lenzen.
B.
Ik draag holle positieve lenzen.
C.
Ik draag holle negatieve lenzen
3. 
Waar wordt het beeld gevormd in het oog?
A.
Het beeld wordt gevormd op de blinde vlek.
B.
Het beeld wordt gevormd op het netvlies.
C.
Het beeld wordt gevormd op de gele vlek
4. 
Wat betekent accommodatie?
A.
Accommoderen betekent het scherpstellen van een beeld door het boller of minder bol worden van de lens.
B.
Accommoderen betekent u goed voelen in een bepaalde omgeving.
C.
Geen van bovenstaande vragen zijn correct.
5. 
Wat is presbyopie?
A.
Presbyopie is een andere benaming voor verziendheid.
B.
Presbyopie is een andere benaming voor ouderdomsverziendheid.
C.
Presbyopie is een andere benaming voor bijziend.