Op
de
boerderij
vind
je
allerlei
dieren
waaronder
een
vrouwlijke
ezel
,
genaamd
____________________
.
De
mannelijke
wederhelft
is
een
____________________
en
het
jong
een
____________________
.
Daarnaast
is
er
ook
een
vrouwelijke
geit
,
zijnde
____________________
en
een
mannelijke
geit
,
zijnde
____________________
.
Hun
jong
noemen
wij
een
____________________
.
De
haas
kan
je
verwarren
met
een
konijn
maar
heeft
langere
oren
.
De
vrouwelijke
haas
is
een
____________________
,
de
mannelijke
een
____________________
en
het
jong
een
____________________
.
Wat
we
er
nog
vinden
is
een
kip
.
De
meeste
mensen
denken
dat
de
vrouwelijke
vorm
ook
kip
noemt
doch
dit
is
niet
waar
.
Dit
is
een
____________________
.
Bijgestaan
door
een
mannetje
,
zijnde
een
____________________
.
De
kleine
gele
jongelingen
zijn
____________________
.
Je
hebt
nog
een
dier
dat
heel
goed
op
een
ezel
gelijkt
,
zijnde
paarden
.
De
vrouwelijke
zijn
____________________
en
mannelijke
____________________
.
Hun
jong
noemen
ze
ook
een
____________________
.
In
wei
staan
ook
nog
runderen
.
De
vrouwelijke
vorm
is
een
____________________
en
de
mannelijke
een
____________________
.
Hun
jong
is
een
____________________
.
Schapen
staan
dan
weer
geregeld
binnen
.
De
vrouwlijke
noemen
wij
een
____________________
en
de
mannelijke
een
____________________
.
Hun
jong
is
een
____________________
.
Degene
die
graag
in
de
modder
ligt
is
het
varken
.
De
vrouwelijke
noemen
wij
een
____________________
,
de
mannelijke
een
____________________
en
het
jong
een
____________________
.