1
potje
yoghurt
weegt
125
gram
.
In
1
kg
gaan
____________________
potjes
.
1
krijtje
weegt
10
gram
.
In
een
doos
van
1
kg
gaan
____________________
krijtjes
.
1
werkschrift
weegt
250
gram
.
Voor
een
stapel
van
1
kg
zijn
____________________
schriften
nodig
.
1
reep
chocolade
weegt
____________________
gram
.
Om
1
kg
chocolade
te
hebben
,
heb
je
10
repen
nodig
.
1
pakje
nootjes
weegt
200
gram
.
____________________
pakjes
samen
vormen
1
kg
nootjes
.
Een
doosje
druiven
weegt
____________________
gram
.
Als
ik
er
2
koop
,
dan
heb
ik
1
kg
druiven
.
1
zakje
'backing
powder'
weegt
20
gram
.
Er
gaan
____________________
zakjes
'backing
powder'
in
1
kg
.