1
Het is de periode na de middeleeuwen
2
Je bent een hulpje dat allerlei klusjes doet.
3
Het is niet alleen de naam van een stoere man, maar ook van een spel dat we nu nog steeds spelen.
4
Ik zorg voor muziek en een leuke sfeer.
5
Om mij te kunnen spelen moet je vlug achter je speelgoed aan kunnen lopen met een stok.
6
Hiervoor heb je een stukje stof en naald en draad nodig.
7
Ik ben de kapper uit de middeleeuwen.
8
eens je bent begonnen kun je het blijven spelen als je met een touwtje als een zweepje tegen je speelgoed slaat.