Créer jeu
Jouer Relier
1. Figuurlijk taalgebruik
2. Letterlijk taalgebruik

Nadat Sjaak een raampje had ingegooid, ging hij er als een speer vandoor

Zijn broer was een open boek voor Willem

De molenaar verkocht koekjes van eigen deeg. Het was een succes

De kapper had zijn handen in het haar van de klant, toen ze begon te schreeuwen

De kapper zat met de handen in het haar, toen de klant begon te schreeuwen

Helaas kwam er geen hond naar de gratis kookcursus

In Amsterdam kun je zomaar een beroemdheid tegen het lijf lopen

In Amsterdam barstte de bom toen bekend werd dat er voor miljoenen gefraudeerd was

De verliefde stewardess was in de wolken tijdens de vlucht naar Frankrijk

Wrienda is verslaafd aan lezen, ze zit altijd met een open boek op schoot

De verliefde stewardess was in de wolken, toen ze haar vriendje zag

Bjorn wierp een speer zestig meter twintig, een nieuw persoonlijk record

Er kwamen geen honden naar de kookcursus. Dat was tegen de regels

De arts constateerde dat het hart van Frits een sprongetje maakte

Peter stelde een heel domme vraag. Hij kon wel door de grond zakken

Je doet alsof je neus bloedt. Ik weet wel beter

In Rotterdam barstte de bom die gevonden was bij de bouw van een flatgebouw

De trainer zorgt dat alle turners de oefening onder de knie hebben

Door een breuk in de waterleiding was de automobilist door de grond gezakt

Toen John zijn cijfer terugkreeg, maakte Johns hart een sprongetje