Créer une activité
Jouer Froggy Jumps
1. Wat is een basisbehoefte?
A
IPhone
B
Winterjas
C
Scooter
2. De abonnementskosten van de sportschool horen bij de...
A
huishoudelijke uitgaven
B
incidentele uitgaven
C
vaste lasten
3. Een voorbeeld van inkomen uit bezit is...
A
salaris
B
spaarrente
C
AOW
4. Welke instelling helpt gezinnen met geldzaken?
A
CBS
B
NIBUD
C
NVWA
5. Reclames die een bepaald gedrag proberen te bewerkstelligen noem je ...
A
commerciële reclames
B
informatieve reclames
C
ideële reclames
6. Het begrip dat het best bij dit plaatje past is ...
A
Consumptie
B
Zelfvoorziening
C
Inkomen in natura
7. Dit is een ...
A
Huismerk
B
A-merk
C
B-merk
8. Dit keurmerk garandeert...
A
een duurzame productie
B
een diervriendelijke productie
C
een eerlijke prijs voor de producent
9. Welvaart geeft aan...
A
hoeveel behoeften iemand kan vervullen
B
hoe gelukkig iemand is
C
hoeveel iemand per uur kan produceren
10. Een voorbeeld van een consumentenorganisatie is...
A
het CBS
B
het UWV
C
de ANWB
11. De kosten die je betaalt bovenop het geleende bedrag noem je...
A
adminstratiekosten
B
kredietkosten
C
bedrijfskosten
12. Het geld wat je vast kunt houden (contant) noem je ook wel...
A
chartaal geld
B
giraal geld
C
vreemde valuta
13. Het aanbod van geld wordt gevormd door...
A
het spaargeld van spaarders
B
gezinnen die geld nodig hebben
C
de ECB
14. Bij welke spaarrekening mag je geen geld opnemen?
A
Internetspaarrekening
B
Betaalrekening
C
Spaardeposito
15. Bij een hoge inflatie zal je koopkracht...
A
afnemen
B
stijgen
C
gelijk blijven
16. De winstuitkering die je krijgt bij beleggen in aandelen noem je...
A
rente
B
koersrendement
C
dividend
17. Het risico op beleggen in cryptomunten is ..... op beleggen in obligaties
A
groter dan
B
kleiner dan
C
gelijk aan
18. Salariskrediet is...
A
een persoonlijke lening
B
rood staan op de bank
C
een lening in de winkel
19. Welke leenvorm komt vaak voor bij auto's?
A
Doorlopend krediet
B
Hypotheek
C
Private lease
20. Lening = €1000. Looptijd is 12 maanden. Maandtermijn = €100. Kredietkosten zijn dus....
A
€1200
B
€400
C
€200
21. Spaargeld = €2000. Rente = 4%. Rentebedrag = ....
A
€80
B
€800
C
€8000
22. De ECB kan de inflatie aanpakken door de rente ...
A
gelijk te houden
B
te laten dalen
C
te laten stijgen
23. Wanneer je ziet dat een spijkerbroek is afgeprijsd, gebruik je geld als...
A
Ruilmiddel
B
Rekenmiddel
C
Spaarmiddel
24. Bij de Mediamarkt kun je vaak...
A
een doorlopend krediet afsluiten
B
kopen op afbetaling
C
private leasen
25. Wat wordt bedoeld met 'Geld lenen kost geld'?
A
Je moet het bedrag terugbetalen.
B
Het kost geld om een product te kopen.
C
Je betaalt rente bovenop het leenbedrag.
26. Een producttest als deze heet een...
A
vergelijkend warenonderzoek
B
arbeidsinspectie
C
algemene producttest
27. Auto aangekocht voor €5.000. Na 10 jaar is de auto nog €1.000 waard. De jaarlijkse afschrijving = ....
A
€400
B
€500
C
€4.000
28. HEMA verkoopt alleen maar .... - producten.
A
A-merk
B
Huismerk
C
B-merk
29. Bijenkorf heeft behalve winkels ook een goedlopende website waarop producten worden verkocht. Dit valt onder...
A
Productbeleid
B
Promotiebeleid
C
Plaatsbeleid
30. IKEA maakt via social media, zoals Instagram, reclame voor meubels. Dit is...
A
commerciële beïnvloeding
B
sociale beïnvloeding
C
maatschappelijke beïnvloeding