Créer jeu
Jouer Ordonner les Mots
1. Waar - jij - woon - ?
woon jij Waar?
2. Waarom - jij - ben - boos - ?
ben boos Waarom jij?
3. Hoe - deze - jongen - heet - ?
deze heet jongen Hoe?
4. Wat - jij - doe - ?
jij Wat doe?
5. Wie - mij - helpen - kan?
mij kan helpen Wie?
6. Wanneer - jarig - jij - ben - ?
jarig jij ben Wanneer?
7. Hoe - is - duur - broek - deze - ?
duur is deze Hoe broek?
8. Waarom - jij - Nederlands - leer - ?
Nederlands leer Waarom jij?
9. Wat - doe - je - ?
Wat je doe?
10. Hoe - is - het - laat - ?
Hoe laat is het?