Créer une activité
Jouer Test
1. 
Dit sausje heeft een scherpe geur.
A.
Vergelijking
B.
Personificatie
C.
Synesthesie
D.
Metafoor
E.
Metonymia
2. 
Het Rijksmuseum heeft een nieuwe Rembrandt aangekocht.
A.
Vergelijking
B.
Personificatie
C.
Synesthesie
D.
Metafoor
E.
Metonymia
3. 
Oma is zo doof als een kwartel
A.
Vergelijking
B.
Personificatie
C.
Synesthesie
D.
Metafoor
E.
Metonymia
4. 
De toekomst lachte hem toe.
A.
Vergelijking
B.
Personificatie
C.
Synesthesie
D.
Metafoor
E.
Metonymia
5. 
Heb jij al trek in een glaasje?
A.
Vergelijking
B.
Personificatie
C.
Synesthesie
D.
Metafoor
E.
Metonymia
6. 
Voor we weggaan, wil ik eerst even alle neuzen tellen.
A.
Vergelijking
B.
Personificatie
C.
Synesthesie
D.
Metafoor
E.
Metonymia
7. 
Hij lacht als een boer die kiespijn heeft.
A.
Vergelijking
B.
Personificatie
C.
Synesthesie
D.
Metafoor
E.
Metonymia
8. 
De bomen fluisteren nog altijd haar naam.
A.
Vergelijking
B.
Personificatie
C.
Synesthesie
D.
Metafoor
E.
Metonymia
9. 
Sara maakte haar vriend een bitter verwijt.
A.
Vergelijking
B.
Personificatie
C.
Synesthesie
D.
Metafoor
E.
Metonymia
10. 
We zagen de zilveren vogel landen op Schiphol.
A.
Vergelijking
B.
Personificatie
C.
Synesthesie
D.
Metafoor
E.
Metonymia